Wollige franjehoed

Wollige franjehoed
Wollige franjehoed
Taxonomische indeling
Rijk:Fungi (Schimmels)
Stam:Basidiomycota (Steeltjeszwam)
Klasse:Agaricomycetes
Onderklasse:Agaricomycetidae
Orde:Agaricales (Plaatjeszwam)
Familie:Psathyrellaceae
Geslacht:Psathyrella
Soort
Psathyrella artemisiae
(Pass.) Konrad & Maubl. (1949 [1])
Wollige franjehoed
Afbeeldingen op Wikimedia Commons Wikimedia Commons
Portaal  Portaalicoon   Biologie
Schimmels

De wollige franjehoed (Psathyrella artemisiae) is een schimmel behored tot de familie Psathyrellaceae. Hij leeft saprotroof op dode hout van zowel van loof- als naaldbomen. Hij is te vinden op takken en andere houtfragmenten of op de grond, zelden op stronken of stammen. Hij komt voor in loof- en naaldbossen, soms in lanen of in heidevegetaties, op min of meer voedselarme, zure, zandige bodems.[2]

Kenmerken

Uiterlijke kenmerken

Lamellen

De lamellen zijn relatief dicht. De kleur is aanvankelijk crèmekleurig, later donkerroodbruin tot bruin.

Steel

De steel heeft een lengte van 3–5 cm en een dikte van 0,2–0,4 cm. De vorm is cilindrisch, soms licht gebogen. De kleur is witachtig tot lichtbruin, bedekt met witte, vezelige resten. De ring is behaard in de jonge fase, maar verdwijnt snel.

Geur en smaak

Het vlees is crèmekleurig tot bruinachtig, met een milde smaak en een vage geur.

Sporenprint

De sporenprint is donkerbruin tot zwartbruin.

Microscopische kenmerken

De sporen zijn glad, elliptisch en meten 7–9 × 3,5–4,5 µm.

Verspreiding

In Nederland komt de wollige franjehoed algemeen voor.[2]