Felicie Jehu

Felicie Jehu
Algemene informatie
Land Koninkrijk der Nederlanden
Geboortedatum 28 november 1865
Geboorteplaats Breda
Overlijdensdatum 14 april 1956
Overlijdensplaats Den Haag
Werk
Beroep jeugdauteur
Persoonlijk
Talen Nederlands
De informatie in deze infobox is afkomstig van Wikidata.
U kunt die informatie bewerken.
Portaal  Portaalicoon   Jeugdliteratuur

Pauline Felicie Jehu (Breda, 28 november 1865Den Haag, 14 april 1956) was een Nederlandse onderwijzeres, kinderboekenschrijfster, vertaalster en samenstelster van verhalenbundels.[1]

Biografie

Zij werd geboren in Breda als dochter van Remij Felix Jehu, kapitein bij de infanterie, en Anna Geertrui Carolina Schneider. Jehu bleef ongehuwd. Ze werkte in het onderwijs. In 1884 werd ze toegelaten tot het akte voor hulponderwijzeres.[2]

Bandontwerp voor Felicie Jehu e.a. Het reuzenboek voor onze kleintjes, 1937

Gedurende de periode 1903-1935 publiceerde Jehu een oeuvre van meer dan zeventig kinderboeken. In 1903 debuteerde ze met Van Zeven Meisjes, uitgegeven bij Hilarius in Almelo.[3][4] Haar verhalen kenmerken zich door hun focus op het dagelijks leven van kinderen uit de burgerlijke milieus van haar tijd.[1] Haar werk kende brede populariteit, wat onder meer blijkt uit de vele titels en herdrukken die gedurende haar leven verschenen. Veel van haar boeken werden vertaald in het Deens.[5] Haar bekendste werk, Nel de ontembare, uit 1905, beleefde ten minste zes herdrukken.[6] In de vierde druk uit 1932 werden de illustraties aangepast: de lange rokken uit de oorspronkelijke uitgave maakten plaats voor modieuze charlestonjurkjes, overeenkomstig het veranderende tijdsbeeld van het jonge meisje.[1] Zelf noemde ze Blind zuske, uit 1914, haar beste boek.[7]

Naast haar werk als schrijfster was Jehu ook vertaalster en redacteur. Zij stelde diverse verhalenbundels voor kinderen samen en droeg als auteur bij aan bundels zoals Zonnebloemen, onder redactie van Charles Krienen.[8]

Na de oorlog verscheen nog één boek van haar hand, Trix en haar schoonzusje (1948). Vanaf 1951 woonde Jehu in een rusthuis van de vereniging Pro Senectute in Den Haag, waar ze in 1956 overleed.[7]

Bibliografie

  • Van zeven meisjes, met illustraties van H.M. Krabbé. Almelo: W. Hilarius Wzn., 1903.
  • Van lief en leed, met illustraties van T. van Dijk. Almelo: W. Hilarius Wzn., 1904.
  • Nel de ontembare, met illustraties van H. Rünckel. Almelo: W. Hilarius Wzn., 1905.
  • Nettie van de Slee, met illustraties van Adri Ladenius. Almelo: W. Hilarius Wzn., 1906.
  • Een geniaal zestal, met illustraties van Jan Sluijters. Alkmaar: P. Kluitman, 1907.
  • Wies Ongeluk, met illustraties van Nelly Spoor. Alkmaar: Gebr. Kluitman, 1911.
  • De ‘jongens’ van professor Van Leuven, met illustraties van Nelly Spoor. Utrecht: A.W. Bruna & Zoon, 1913.
  • Wat Noortje beleefde, met illustraties van Louise Raemaekers. Utrecht: A.W. Bruna & Zoon, 1913.
  • De pleegzusjes, met illustraties van Nelly Spoor. Utrecht: A.W. Bruna & Zoon, 1913.
  • Blind Zuske, met illustraties van O. Geerling. Utrecht: A.W. Bruna & Zoon, 1914.
  • Het circuskind, met illustraties van Frans van Noorden. Utrecht: A.W. Bruna & Zoon, 1916.
  • Agnes Slawonkski. Utrecht: A.W. Bruna & Zoon, 1917.
  • De tweelingen Beb en Bob, met illustraties van Frans van Noorden. Doetinchem: G. Misset, 1917.
  • Een verwaarloosd troepje. Utrecht: A.W. Bruna & Zoon, 1918.
  • Moeder Neurke, met illustraties van Christine Damen. Utrecht: A.W. Bruna & Zoon, 1919.
  • De kinderen van haar jongen, met illustraties van Christine Damen. Utrecht: A.W. Bruna & Zoon, 1920.
  • De club van zes, met illustraties van Frans van Noorden. Utrecht: A.W. Bruna, 1921.
  • Nel’s dochtertje, met illustraties van Is. van Mens. Utrecht: A.W. Bruna & Zoon, 1922.
  • Sigrid. Utrecht: A.W. Bruna & Zoon, 1923.
  • De drielingen, met illustraties van Frans van Noorden. Alkmaar: Gebr. Kluitman, 1924.
  • Zonnekind, met illustraties van W. Heskes. Alkmaar: Gebr. Kluitman, 1926.
  • Treeske de Wildebras, met illustraties van Henri Pieck. Alkmaar: Gebr. Kluitman, 1927.
  • Onze Nan is een beste, met illustraties van Henri Pieck. Alkmaar: Gebr. Kluitman, 1928.
  • Villa Zonneschijn, met illustraties van Christine Damen. Doetinchem: G. Misset, 1928.
  • Jip geeft zich gewonnen, met illustraties van Henri Pieck. Alkmaar: Gebr. Kluitman, 1929.
  • Hanneke, met illustraties van Henri Pieck. Alkmaar: Gebr. Kluitman, 1930.
  • Margreet en haar zusje, met illustraties van Henri Pieck. Alkmaar: Gebr. Kluitman, 1931.
  • De vakantie van Mieneke en Trineke, met illustraties van Hans Borrebach. Alkmaar: Gebr. Kluitman, 1932.
  • Een pittig ding, met illustraties van Hans Borrebach. Alkmaar: Gebr. Kluitman, 1932.
  • Rietje van den dokter, met illustraties van Hans Borrebach. Alkmaar: Gebr. Kluitman, 1933.
  • Sonja zoekt een thuis, met illustraties van Miep de Feijter. Alkmaar: Gebr. Kluitman, 1934.
  • Zwartoogje, met illustraties van Miep de Feijter. Alkmaar: Gebr. Kluitman, 1934.
  • Viola heeft vakantie, met illustraties van Miep de Feijter. Alkmaar: Gebr. Kluitman, 1935.
  • Trix en haar schoonzusje, met illustraties van Lies Veenhoven. Haarlem: De Gulden Pers, 1948.